DAME HEER ZOT SPEELVOGEL

BASISBEGRIPPEN & KENMERKEN

Elke begeleider heeft 3 types in zich die hij doorheen de dag afwisselt naargelang de situatie.

Deze drie houdingen moeten samenwerken. Het is belangrijk dat je vertrekt vanuit de dame. Alles begint bij elkaar graag zien, vertrouwen en verbinden. Verbinden kan je het best als zot door mee te spelen en spelletjes te verzinnen. Als je deze twee onder de knie hebt zal je zien dat kinderen sneller en gemakkelijker luisteren naar wat je zegt en de regels die je stelt als heer. Je zorgt voor duidelijkheid en structuur waardoor kinderen zich veiliger voelen.

588 scaled

DAME

Het is heel fijn om een hechte band te hebben met kinderen. Een animator kan goed luisteren naar kinderen en geeft hen graag aandacht. De dame vindt het leuk om kinderen persoonlijk te leren kennen. Zo kan hij hen beter begrijpen. Een dame speelt geen rolletje maar blijft gewoon zichzelf. Hij laat de kinderen op de eerste plaats komen en houdt rekening met hun leeftijd.

– Je zorgt voor fysieke veiligheid. Dit wil zeggen dat je de omgeving en materialen aanpast aan de kinderen. Vb.: Je legt geen messen op tafel bij de kinderen, je laat ze niet spelen op te hoge speeltoestellen, … maar ook je helpt bij handelingen waar ze nog niet zo goed in zijn zoals naar toilet gaan en de jas en rugzak nemen.

– Je zorgt voor emotionele veiligheid. Dit wil zeggen dat je er bent voor de kinderen, knuffels geeft, troost… Alles begint bij liefde! Zie de kinderen graag en zorg ervoor dat ze zich goed voelen. Mama en papa zijn de belangrijkste personen in hun leven en het afscheid en gemis kan hen soms zwaar vallen. Sta klaar voor hen en probeer ze zo goed mogelijk op te vangen.

– Je bent alert voor de gevoelens en behoeften van het kind en reageert hier correct op.

4527 scaled

HEER

De heer zorgt voor duidelijkheid door regels consequent vol te houden en blijft stevig in z’n schoenen staan. Kinderen kunnen de heer vertrouwen en het hele team kan op hem rekenen. Maar let op heer: verval niet in 1000 regels want dat hou je niet vol! Maak realistische en nuttige regels: zorgen voor elkaar, zorgen voor materiaal, veiligheid van jezelf en materiaal. De heer zorgt voor structuur en voorspelbaarheid zodat kinderen weten wat er van hen verwacht wordt en wat ze kunnen en mogen doen.
 
– Je geeft korte en duidelijke opdrachten. en je vertelt wat je verwacht van de kinderen en waarom.
Tip: Denk aan de w’s: Waar, Wat, Wanneer, Wie, Waarom.
– Geef duidelijkheid over het dagverloop en de werking. Jij weet al dat we fruit gaan eten, maar weten de kinderen dat ook als je het niet vertelt?
– Zorg voor structuur en rituelen. Pak een situatie steeds op dezelfde manier aan, volg dezelfde stappen/volgorde, verzamel op dezelfde plaats, gebruik steeds hetzelfde opruimsignaal

Clown11152106 scaled

ZOT

Kinderen zijn gek op spelen en jij toch ook?! Je bezorgt hen de leukste dag van de vakantie! De zot kan activiteiten op een speelse manier begeleiden en verwondert zich over dezelfde dingen als de kinderen. De zot speelt uitgelaten mee en lanceert nieuwe impulsen om het spel te verbreden of verdiepen. Z’n enthousiasme werkt aanstekelijk en doet de vonk overslaan! Ook buiten de activiteiten ben je speels en zorg je voor het nodige entertainment.
 
– Kinderen zijn in de ban van magie en fantasie. Zorg bij elke activiteit, pauze, handeling, … voor een vleugje fantasie.
– Kleuters houden van fantasiewezens zoals dino’s, eenhoorns, elfjes, kabouters, …
– In hun fantasie kunnen gewone voorwerpen ook fantasie bevatten en tot leven komen. Ze vinden het geweldig als je met een lepel een toneelstukje speelt of dat een appel kan praten. Gebruik dit!
– Speel de clown en soms mag je dat heel letterlijk nemen. Kleuters vinden het hilarisch wanneer je de clown uithangt, express valt, botst of iets niet ziet wat zij wel zien. Gebruik die humor tijdens alles wat je doet.
– Een uitleg is vaak nog te abstract en te complex om te begrijpen. Kleuters zijn wel experten in gedrag kopiëren. Iets voordoen en laten zien zal vaak veel efficiënter en duidelijker zijn dan een hele uitleg geven.
– Kleuters vinden het geweldig als je meespeelt met hen en telkens met nieuwe ideeën komt. Durf in hun wereld te duiken, je helemaal te laten gaan en gewoon mee te spelen!

IJSBERGTHEORIE

ijsbergtheorie 2

Wat je bovenwater ziet is het zichtbare gedrag van het kind. Het gaat over wat het kind doet.

Wat onderwater zit, en dus niet meteen zichtbaar is, is wat er achter het gedrag schuilt. Het is wat het kind denkt en hoe het zich voelt.

Wanneer een kind ongewenst gedrag stelt, ga je kijken naar wat er achter het gedrag zit en hier probeer je samen met hen aan te werken. Het gedrag bestraffen heeft geen zin aangezien dat niet de basis is van het probleem. Je lost zo niets op en ongewenst gedrag zal vroeg of laat wederkeren.

VOORBEELD: Lisa is al heel de dag aan het rondhangen en komt niet tot spel. Ze luistert niet, je kan ze niet overtuigen om mee te doen. > zichtbare deel, het topje van de ijsberg.

Wat je niet weet is dat Lisa haar konijntje deze ochtend is ontsnapt en ze niet weet of het konijntje nog zal terug keren. Lisa maakt zich zorgen, is verdrietig en kan maar aan 1 ding denken …. haar konijntje > onzichtbare deel, onderkant van de ijsberg.

Door even met haar apart te gaan zitten, echt tijd voor haar te maken en even te praten zal ze snel gaan vertellen wat er deze ochtend gebeurd is. Je kan ze troosten, gerust stellen en hier verder op inspelen.

MAGIE BIJ HET ONTHAAL BIJ OUDERS & KINDEREN

Een eerste indruk maak je maar één keer. Zorg dat hij goed zit!

  1. Stap zelf op ouders en kinderen af en maak een babbeltje.
  2. Wees vriendelijk en wens iedereen een goedemorgen.
  3. Wees geïnteresseerd en vraag de naam van het kind en spreek bijvoorbeeld aan op de knuffel die hij bij heeft.
  4. Zorg ook tijdens het onthaal al voor toffe spelletjes.
  5. Integreer het thema waar mogelijk!
WAT DOE JE BIJ KINDEREN DIE MOEILIJK AFSCHEID KUNNEN NEMEN?

Stap proactief af op ouders met een huilend kind. Knoop een gesprek aan en vraag of je kan helpen. Stel het kind en de ouder gerust. Je kan de locatie en al wat speelgoed laten zien indien dat lukt. Geef veel uitleg aan zowel de ouder als het kind.

Als het kind erg huilt en de ouder wil vertrekken dan vraag je of je het kind mag overnemen. Vertel rustig aan het kind wat er gaat gebeuren. Zwaai nog een keer en ga dan naar de plaats van de rugzakjes. Leg alle spulletjes rustig weg. Je kan het kind nog even knuffelen of iets samen uitzoeken om te spelen. Probeer vooral rustig en nabij te blijven als het moeilijk gaat. Maar geef ook grenzen aan: weglopen kan niet, je blijft binnen de poort, … Vooral jonge kinderen hebben vaak wel wat tijd nodig om te wennen. Geef hen die tijd en laat ze zeker niet zomaar alleen.

KRINGMOMENT MET MAGIE

Je kan op je eigen manier een kringmoment leiden zoals in het rode draaiboek staat.

VERZAMELEN & KRING

Zorg voor duidelijkheid en structuur. Geef een duidelijk signaal en zorg dat de kinderen weten wat je verwacht. Gebruik fantasie, humor en het thema!

Voorbeeld 1: Ik rinkel met het belletje en vertel dat we gaan opruimen. Ik ruim zelf ook op en ben actief bezig met het verzamelen van de kinderen.
Gevolg -> Met deze werkwijze slaag je erin binnen 2 minuten opgeruimd te hebben en iedereen is verzameld.
Voorbeeld 2: Ik zet een opruimlied op en ga nog even in de keuken zitten.
Gevolg -> Het opruimen zal niet gebeuren, kinderen beginnen te huilen, te roepen, te spelen, … 10 minuten later is de situatie nog niet oké.
Voorbeeld 3: Zet een piratenhoed op en roep “Wij zoeken de schat. Ruim snel op waarmee je speelde en volg mij!” Je maakt een trein van kinderen en loopt enkele keren in polonaisestijl rond om te eindigen op de mat.
Gevolg -> De kinderen zitten meteen in het thema, zijn verwonderd en geboeid. Ze zullen in de kring meteen naar je luisteren.

Maak van de kring een leuke opwarmer in het thema. Alle monitoren doen actief en enthousiast mee.

Verdeel de kinderen in leeftijdsgroepen en kring. Tips:

  • Begin bij het verzamelen van de blauwe groep, dan de oranje en de groene als laatste.
  • De groene groep blijft steeds zitten op de mat. Zo hoeven ze zich niet nodeloos te verplaatsen.
  • Alle monitoren dragen een T-shirt en landyard en staan duidelijk klaar per groep.
  • Bedenk op voorhand waar elke groep naartoe gaat zodat je elkaar niet stoort. Ga steeds naar dezelfde plaats, hou deze structuur aan. Bv.: groene groep = mat, oranje groep = turnzaal, blauwe groep = speelplaats
  • Wees duidelijk tegen de kinderen over wat je van hen verwacht.
  • Hou het tempo erin anders ben je de aandacht van de kinderen kwijt.
  • Maak interactie met de kinderen, stel vragen, laat iemand iets voordoen, …
  • Gebruik humor, fantasie en speelsheid!
Kring tijdens de middag en op het einde van de dag.

De kringmomenten tijdens de middag zorgen voor een rode draad doorheen de dag. Het kan ook ervaren worden als een rustmoment. Gebruik ook hier fantasie, inleving, humor, …

Het kringmoment op het einde van de dag is een afsluitmoment. Hou er rekening mee dat er kinderen zullen zijn die de volgende dagen niet meer komen. Het is fijn dat ook zij het kamp kunnen afronden.

ACTIVITEITEN SPECTACULAIR & BEGRIJPBAAR UITLEGGEN

Na je kring zal je de keuzeactiviteiten uitleggen aan de kinderen van je groep. Het is de bedoeling dat je hun interesse wekt, dat je hen nieuwsgierig maakt maar ook dat ze al een beetje begrijpen wat ze kunnen doen bij jou.

Tips:

  • Neem een voorwerp vast dat met je activiteit te maken heeft. Ga je schilderen dan neem je een penseel vast. Ga je sporten met een bal dan neem je een bal vast. Zo onthouden kinderen beter wat ze bij jou kunnen doen.
  • Gebruik woorden die kinderen begrijpen en die terugkomen in hun leefwereld.
  • Vertel het met enthousiasme, fantasie en verwondering.
  • Wees duidelijk over wat je verwacht: mogen ze meteen rechtstaan en naar jou komen, moeten ze hun vinger opsteken, moeten ze bij het raam gaan staan, …?

VOORLEZEN MET MAGIE

WANNEER KAN JE VOORLEZEN? 

Je kan voorlezen tijdens een kringmoment, een vrij moment, bij het onthaal, als je nog een beetje tijd hebt na een activiteit, als er enkele kinderen willen rusten tijdens de middag, …

WAT IS JE DOEL ALS JE GAAT VOORLEZEN? 

Voorlezen kan als doel hebben om wat tijd te vullen, iets gezellig samen te doen, als intro van een activiteit, als verbinding of rode draad doorheen de dag, om tot rust te komen of net om te activeren tijdens het volgende activiteitenblok. Denk dus goed na waarom je voorleest en zorg ervoor dat je het voorlezen afstemt op je doel.

VOORBEREIDING:

Voorlezen is een leuke laagdrempelige activiteit maar het vraagt wel een beetje voorbereiding. Kies een boekje uit op het niveau van de kinderen. Bekijk het boek goed en lees het al een keer door. Denk ook even na over een geschikte ruimte en opstelling. Als je kan antwoorden op deze vragen ben je goed voorbereid:

  • Weet je waarover het verhaal gaat?
  • Weet je wanneer er een spannend moment of een probleem in het boek komt?
  • Ken je de verschillende personages?
  • Weet je waar je gaat zitten?
  • Kan je prenten laten zien? Hoe ga je dat doen?
  • Lees rustig, verstaanbaar en zorg ervoor dat iedereen (ook de kinderen achteraan) je kunnen verstaan
  • Vertel het verhaal, je hoeft zeker niet altijd alle woorden te lezen.
  • Gebruik intonatie, verschillende stemmetjes, geluiden (er klopt iemand op de deur: ‘klop, klop, klop’, de deur opent: ‘piiiieeeeeeeeep’)
  • Maak interactie met de kinderen. Stel af en toe een vraag, laat een prent zien, …